De cao Toneel en Dans 2020-2021 is door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) algemeen verbindend verklaard. Dat is vandaag bekendgemaakt in de Staatscourant. Eerder dit jaar deden de sociale partners, betrokken bij deze cao, daartoe al een verzoek aan de minister.
Met de algemeen verbindendverklaring zijn alle werkgevers die onder de werkingssfeer vallen verplicht om de arbeidsvoorwaarden uit de cao toe te passen op hun werknemers. In de cao is de werkgever als volgt beschreven als elke in Nederland gevestigde rechtspersoon, die:
- uitsluitend of in hoofdzaak toneel en/of dans produceert en/of uitvoert, gemeten naar ten minste 50% van de loonsom van de organisatie én die;
- daartoe op basis van een arbeidsovereenkomst één of meer werknemer(s) in dienst heeft zoals gedefinieerd in deze cao én die;
- op basis van continuïteit toneel en/of dans produceert, door ten minste één toneel- en/of dansproductie per jaar of per seizoen uit te brengen of te hernemen. Daarbij geldt dat de totale periode waarin deze productie(s) wordt of worden voorbereid, gerepeteerd en/of opgevoerd tenminste 6 maanden duurt.
Bijzonder is het feit dat er met de algemeen verbindendverklaring van de cao, in de sector nu een minimumtarief is voor zelfstandigen die dezelfde soort werkzaamheden verrichten voor werknemers in loondienst. Zelfstandigen dienen op basis van de cao een uurloon te ontvangen dat minimaal 140% bedraagt van het loon van een reguliere werknemer.
De algemeen verbindendverklaring geldt tot en met 31 december 2021. Voor meer informatie over de cao Toneel en Dans kijk je op onze cao-kaart.